Verantwoording

Onze kijk op dierproeven, dierenwelzijn en open communicatie

Jaarverslag 2021
Menu

Homepage

Verantwoording

Onze kijk op dierproeven, dierenwelzijn en open communicatie

3V & transitie

Hoe wij werken aan vervanging, vermindering, verfijning en transitie

Trends

Aantallen proefdieren en dierproeven over meerdere jaren

Voorwoord

Dierproeven staan meer dan ooit in de schijnwerpers. Het debat woedt volop. In hoeverre blijven dierproeven nodig, hoe kunnen we verder gaan richting de transitie naar proefdiervrije wetenschap, en doen we daarvoor genoeg? Het zijn grote vraagstukken waar geen eenvoudige antwoorden op te geven zijn.

Feit is dat we net als vorig jaar met een lichte stijging van het aantal dierproeven te maken hebben. En dit jaar zijn er geen duidelijke factoren aan te wijzen die die stijging veroorzaken. Geen covid-onderzoek. Geen nieuw gestart onderzoek met vissen, zoals vorig jaar, al loopt dat project nog wel door. Waar zit het dan wel in? Ik denk dat we het laaghangend fruit al grotendeels geplukt hebben, en dat het ons eenvoudig niet meer lukt om de aantallen dierproeven te verminderen. We ontwikkelen dan wel in een hoog tempo dierproefvrije innovaties, maar het lijkt erop dat die erbíj komen, en dat het totale biomedische onderzoek meer wordt, zodat er bij de dierproeven niets afgaat.

Onderwijs

Toch ben ik optimistisch, omdat de discussie over hoe we met dieren omgaan breed gevoerd wordt, in de samenleving en ook op onze universiteit. Het kan niet anders of dat zal gevolgen hebben. Studenten worden anders opgeleid dan tien of twintig jaar geleden. Ze komen binnen met een kritische houding ten opzichte van het gebruik van dieren en krijgen volop stof tot nadenken aangeboden, individueel en in samenwerking met professionals. Zo kunnen ze een eigen attitude ontwikkelen ten opzichte van dieren. Onlangs zijn er verschillende onderwijsactiviteiten opgestart, waarbij studenten van zowel de Universiteit Utrecht als het UMC Utrecht en de Hogeschool Utrecht onderwezen worden in proefdiervrij onderzoek en uitgedaagd worden zelf werkzame ideeën aan te dragen. Ik vind dit erg belangrijk, omdat zij de nieuwe generatie onderzoekers zijn.

Toekomstbestendig

Ook put ik hoop uit de plannen – die nu echt concreet gaan worden – voor het nieuwe, duurzame laboratoriumgebouw voor zowel onderzoek met dieren als proefdiervrij onderzoek. Mogelijkheden om de transitie vorm te geven zullen vanaf het begin ingebouwd worden, letterlijk. Het wordt een flexibel en toekomstbestendig gebouw, waarin het aandeel proefdiervrij onderzoek verder kan toenemen. Dierkamers zullen er omgebouwd kunnen worden naar laboratoria voor proefdiervrije innovaties. We brengen er alle benodigde deskundigheden bij elkaar in nauwe verbinding.

Kortom, ik heb veel hoop voor de toekomst, maar besef heel goed dat we niet achterover mogen leunen. We moeten ons actief blijven inzetten voor proefdiervrije innovaties en minder dierproeven.

Debbie Jaarsma, decaan faculteit Diergeneeskunde Universiteit Utrecht

Debbie Jaarsma => Decaan Faculteit Diergeneeskunde Universiteit Utrecht